Meer bomen in Roeselare is ongerust over het vergunnen van een aanvraag in de Karabiniersstraat rond het villen van een 100 jaar oude knotlinde. We steunen het bezwaarschrift van vzw Leefmilieu.
Betreft onzekerheid en advies rond voortbestaan oude knotlinde in de Karabiniersstraat
Geachte Heer Burgemeester en Schepenen van Roeselare
Naar aanleiding van werken in uitvoering voor de ondergrondse aansluiting van nutsvoorziening door Fluvius zijn we samen met ongeruste bewoners in de omgeving zeer bezorgd over het vergunnen van een aanvraag voor het vellen van een ruim 100 jaar oude knotlinde. Uitgerekend daar zou een elektriciteitspaal moeten komen.
We hebben eind vorige week uit onbevestigde bron vernomen dat de stad ongunstig advies zou hebben gegeven voor het vellen van die linde, wat als goede rentmeester een zeer terecht standpunt is om op te komen voor bescherming van het eigen groene patrimonium.
Bovendien is de plaatsing van de nieuwe paal met enig overleg en voorafgaandelijke planning zeker mogelijk. Dit kan zonder dat het voortbestaan van de boom in het gedrang komt en zonder conflicten met de kruin en elektriciteitsdraden. De gemakkelijkste oplossing voor Fluvius of de verkavelaar is niet altijd de meest duurzame noch beste weg.
Met vzw Leefmilieu Roeselare maken we ons al geruime tijd zeer bezorgd over het grote aantal afstervende en afgestorven bomen in parken en langs openbare wegen, als gevolg van hittestress in de voorbije zomers. Behoud van vitale bomen, die dit probleemloos overleefd hebben zoals deze knotlinde, moeten hierbij extra aandacht krijgen.
Daarbovenop komen vaak ongeoorloofde en veel te drastische ingrepen door particulieren op openbaar groen (vb. in de Graafschapstraat) of gebeuren er rooiingen omdat buurtbewoners dit vragen. Opkomen voor behoud klinkt vaak minder luid dan vragen naar weghalen van bomen.
Hierbij ook een oproep om het kandelaberen van bomen – zoals uitgevoerd in het oud kerkhof in de Groenestraat – te vermijden. In onze stedelijke omgeving is hun temperatuurregulerende functie en beschaduwing steeds belangrijker aan het worden en het risico op schorsbrand wordt vermeden (cfr. Oude Schoolsstraat).
Oude lindes, zoals deze ruim honderjarige, bieden met de holten in de stam woonplaats aan heel wat diersoorten, waaronder vleermuizensoorten en uilensoorten die zo nog in de buurt kunnen overleven. Een holle boom betekent hier zeker geen zieke boom, wat vaak zeer ten onrechte met elkaar geassocieerd wordt.
Dit is enkele jaren geleden ten overvloede duidelijk geworden bij het onoordeelkundig omhakken van een holle knotlinde bij de kwadrantvijvers in het Sterrebos. Daarin bleken 3 bosuilenjongen te zitten die de val overleefden en op de valreep konden verzorgd worden in het Vogelopvangcentrum in Bulskampveld. Hetzelfde met overzomerende kolonies dwerg-, water- en rosse vleermuizen. De bijdragen van dergelijke oude bomen met holten voor de biodiversiteit is zeer aanzienlijk.
Een belangrijk extra argument is kiezen voor het behoud van ons typisch agrarisch/cultuurhistorisch patrimonium, dat een dankbare en waardevolle verwijzing is naar de vroegere bewoners en het voormalig gebruik van de site. Van oudsher stonden lindes bekend als beschermers voor het goed. Vandaar het veelvuldig voorkomen van deze boomsoort bij de ingang van de erven, niet zelden vergezeld van een kapelletje. Net zoals we zorgvuldig zijn met onze historische gebouwen, geldt dit ook voor natuurlijke elementen die deze wettelijke bescherming niet meteen kunnen inroepen.
We mogen ook niet voorbijgaan aan de emotionele en symbolische waarde die deze langlevende soort heeft, niet enkel voor de eerste bewoners maar nog meer voor de vele generaties die na hun gekomen zijn. Alleen al uit respect.
Tot slot willen we een lans breken om steeds te kiezen voor behoud van volwassen bomen, waarbij een nieuw aangeplante boom nooit het equivalent kan zijn, op welk vlak dan ook, voor een oudere boom die moet verdwijnen.